Tips en tricks voor de trampoline

Na een trampoline te hebben aangeschaft, kregen mijn kinderen en ik er al snel veel plezier in om dagelijks een kwartiertje te springen. Het is goed voor je conditie en bovendien nog gezellig ook. Maar steeds dezelfde sprong maken gaat op den duur vervelen. Gelukkig hoeft dat geen probleem te zijn. Met deze tips en tricks voor de trampoline kun je eindeloos variëren.

Variaties voor op de trampoline

• De basissprong is de tuck jump. Hierbij zet je je af met gestrekte benen, en trek je ze op terwijl je springt.
• Bij de straddle jump strek je je benen voorwaarts terwijl je springt, zodat je met je handen de toppen van je tenen kunt aanraken.
• Bij de pike jump maak je al springende een spagaat.
• De half twist jump en de full twist jump houden in dat je een halve of een hele draai maakt op de trampoline.
• De Billenzit. De basis: je springt een paar keer en komt met je benen gestrekt neer. Bij de kleermakers billenzit eindig je in kleermakerszit. Bij de speciale billezit ga je staan en laat je je wegglijden, zodat je zittend terecht komt. Een leuk spelletje om samen met anderen te doen. Let er wel op dat je gladde sokken draagt!
• Bij de Kniezit kom je na het springen op je knieën terecht. Let er bij deze truc wel op dat je je rug goed recht houdt, want anders bestaat het risico dat je door je rug zakt.
• De Knie handstand. Dit is een variant op de kniezit, waarbij je eerst de kniezit volgt, en daarna een handstand doet. Je kunt dit op twee manieren doen: de Kniehandstand 1 voor beginners, of de Kniehandstand 2 voor gevorderden. Bij de eerste variant maak je na de kniezit een handstand. Daarna kom je weer op je knieën terecht en sta je op. Bij de tweede variant doe je ook eerst de Knie handstand, maar is het de uitdaging om direct weer op je benen terecht te komen. Hiervoor moet je je benen wat hoger in de lucht gooien.

Dit zijn enkele leuke variaties die je kunt uitproberen. En dat is nog maar het begin van een eindeloze reeks mogelijkheden!